Vorige

Hypothecair krediet – loonbeslag – registratie bij de Nationale Bank.

 

 

2012.1965

 

THEMA

 

Hypothecair krediet – loonbeslag – registratie bij de Nationale Bank.

 

ADVIES

 

Aanwezig :
De heren A. Van Oevelen, voorzitter;
Mevrouw M.-F. Carlier, plaatsvervangend voorzitter
De heren E. Struye de Swielande, N. Claeys, L. Jansen, leden
Mevrouw M. Mannès, N. Spruyt, leden.

 

Datum : 15 januari 2013

 

I. DE FEITEN, HET VOORWERP VAN DE BETWISTING EN DE STANDPUNTEN VAN DE PARTIJEN

 

Op 6 april 2010 heeft de bank aan verzoeker een lening op afbetaling toegestaan ten bedrage van 29.067,02 euro, voor privégebruik. De eerste vervaldag van 435,51 euro was vastgelegd op 16 juni 2010.

 

Op 17 oktober 2010 wordt verzoeker door de bank in gebreke gesteld om twee achterstallige termijnen te betalen en aangezien verzoeker er geen gevolg aan geeft, wordt  de lening op 19 november 2010 volledig opeisbaar. Afstand van loon en alle bedragen wordt door de bank betekend aan de werkgever van verzoeker, alsmede aan de FOD Financiën en de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie; de wanbetaling wordt ook gemeld aan de Centrale voor Kredieten aan Particulieren.

 

In 2011 zuivert verzoeker de achterstand aan en herneemt, in overeenstemming met de bank, de betaling van de oorspronkelijke mensualiteit. Bijgevolg en onder voorwaarde van verdere regelmatige betalingen schorst de bank de afstand van loon bij de werkgever en dit tot nader bericht, maar behoudt ze de beslagen bij de FOD Financiën en de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie. Verzoeker dient verder elke maand de mensualiteit te betalen en als de bank bedragen ontvangt van de FOD Financiën, zoals 1.169,97 euro in augustus 2011 en 1.241,72 euro in maart 2012, laat zij verzoeker toe zijn betalingen tijdelijk en voor gelijkaardige bedragen te schorsen.

 

In april 2012 wenst verzoeker zijn hypothecaire lening te laten herbekijken en zo verneemt hij dat zijn wanbetaling nog geregistreerd is en zo zal blijven tot volledige aanzuivering van zijn lening.

 

Verzoeker wijst erop dat zijn achterstand sedert oktober 2011 aangezuiverd is en meent derhalve dat de fichering van de wanbetaling dus in oktober 2012 geschrapt moet worden.

 

De bank is van oordeel dat de fichering niet kan geannuleerd worden zolang het volledige verschuldigde saldo op de lening niet aangezuiverd is, aangezien de lening nog steeds opgezegd is en de inhoudingen bij de FOD Financiën en de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie niet opgeheven zijn.

 

II. ADVIES VAN HET COLLEGE

 

Het College stelt vast dat de bank de wettelijke criteria heeft geëerbiedigd zowel voor de ingebrekestelling als voor de opzegging van de lening en de registratie van de wanbetaling bij de Nationale Bank.

 

De opschorting van het loonbeslag bij de werkgever gebeurde onder voorwaarde van een regelmatige betaling van de mensualiteiten maar dat heeft geen afstand van het verval van de termijnbepaling van de lening meegebracht. Anderzijds werden de twee andere beslagen bij de FOD Financiën en de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie niet opgeschorst en worden de gelden die aldus ontvangen worden gebruikt voor de terugbetaling van de verschuldigde sommen.

 

Het College stelt dus vast dat aan de voorwaarden van artikel 1, 3°C van het koninklijk besluit van 7 juli 2002 voor annulatie van een fichering in casu niet werd voldaan, zodat de registratie van de wanbetaling niet kan worden geannuleerd zolang het volledige saldo van de lening niet vereffend is. De bank begaat in dit geval geen fout door de fichering van de wanbetaling te laten bestaan tot de lening integraal terugbetaald werd.

 

III. BESLUIT

 

De klacht van verzoeker tegen de bank is ontvankelijk, doch ongegrond.