2017.2427

THEMA

Betalingen en betaalrekeningen – Zichtrekening – Tarieven

ADVIES

Aanwezig :
De heer Aloïs Van Oevelen, voorzitter;
De heren E. Struye de Swielande, R. Steennot, leden
Mevrouwen M. Mannès, N. Spruyt, leden.

Datum : 21 november 2017

1. BESCHRIJVING VAN DE KLACHT


Sinds 2013 is verzoekster cliënte bij de bank en is zij ook houder van coöperatieve aandelen.
Na de recente tariefwijziging, heeft zij gevraagd om de coöperatieve aandelen te verkopen en haar rekeningen af te sluiten. De verkoop van de aandelen zal gebeuren in het voorjaar van 2018.
Verzoekster is het niet eens met het feit dat zij verplicht wordt door de bank om de zichtrekening nog aan te houden tot aan de verkoop van de coöperatie aandelen. Zij ontvangt in 2018 het dividend voor 2017, maar zij ontvangt geen dividend meer voor 2018. Zij meent dat het niet correct is dat ze in 2018 gedurende een 4-tal maanden nog zou moeten betalen voor de zichtrekening terwijl ze voor deze periode geen dividend meer ontvangt.
Zij vraagt zich ook af of een bank de rekening van een cliënt zomaar kan debiteren met kosten, zonder dat de cliënt hiervoor toelating heeft gegeven.


2. STANDPUNT VAN DE BANK


De coöperatieve aandelen zullen in het voorjaar van 2018 verkocht worden en met terugwerkende kracht op 01.01.2018 worden uitbetaald. Vanaf 01.01.2018 is verzoekster dus geen aandeelhouder meer van de bank. Voor 2018 heeft zij dan ook geen recht meer op een dividend.
In 2018 ontvangt ze wel het dividend van 2017 dat betaalbaar wordt gesteld na de beslissing van de raad van bestuur in april/mei 2018 over de waarde van het uit te keren dividend voor dat jaar. Aangezien ze het dividend pas in april of mei zal ontvangen, moet er tot die datum een zichtrekening bij de bank worden aangehouden.
Voor wat de recente prijsverhoging betreft, bevestigt de bank dat zij het recht heeft om de prijzen van haar producten en diensten aan te passen aan de stijging van de kosten en de ontwikkeling van de markt op voorwaarde van een tijdige kennisgeving. De bank heeft verzoekster de informatie in verband met de prijsaanpassing bezorgd en op haar vragen errond geantwoord.
De bank bevestigt dat zij het recht heeft om de rekening met kosten en commissies te debiteren. Dit is immers expliciet voorzien in het Algemeen Reglement van de Bankverrichtingen: artikel 1.6.2 : ‘De cliënt geeft aan de bank de toestemming om zijn rekening te debiteren voor kosten en commissies die in de banksector gebruikelijk zijn.’


3. ADVIES


Inmiddels gaf cliënte de opdracht om haar coöperatieve aandelen te verkopen. De verkoop zal in het voorjaar van 2018 plaatsvinden.

Zij ergert zich blijkbaar voornamelijk aan het feit dat ze voor 2018 gedurende een 4 à 5 maand kosten voor een zichtrekening zal moeten betalen, terwijl ze voor deze periode geen dividend als vennoot meer ontvangt.

De Ombudsman heeft de bank hierover ondervraagd. De bank deelt mee dat er beslist werd om voortaan geen bijdrage meer aan te rekenen aan uittredende coöperanten in het jaar van de terugbetaling van hun kapitaal. Dit betekent voor verzoekster dat zij voor 2018 geen bijdrage meer moet betalen.
De bank stelt daarnaast voor dat verzoekster tegen januari 2018 een gratis internetrekening bij de bank zou openen. Daar ze niet aan home-banking doet, is de bank bereid haar een gratis bankkaart ter beschikking te stellen. Op deze manier kan ze volledig gratis de verrichtingen op de rekening volgen, overschrijvingen doen en rekeninguittreksels uitprinten.

Het voorstel van de bank werd door de Ombudsman aan cliënte overgemaakt en ze heeft bevestigd dat zij de oplossing aanvaardt en dat ze haar kantoor zou contacteren met het oog op het openen van de gratis internetrekening en het aanvragen van de gratis bankkaart.