Avis du collège
2015
Nalatenschap – verkoop fondsen na overlijden.Lire plusVerzoekers zijn de wettige erfgenamen van wijlen mevrouw X. Het attest van erfopvolging, opgemaakt door de notaris, dateert van 17 mei 2011.
De bank deelt mee dat zij dit attest op 24 mei 2011 heeft ontvangen, dat zij dezelfde dag de erfgenamen heeft gecontacteerd voor de vrijgave van de tegoeden en dat zij op 12 augustus 2011 de vereffeningsopdracht heeft ontvangen.
Wijlen mevrouw X had op 12 februari 1999 een pensioenspaarrekening bij de bank geopend. In de vereffeningsopdracht van 12 augustus 2011 werd de uitbetaling van de pensioenspaarrekening gevraagd. Deze uitbetaling werd uitgevoerd op 19 augustus 2011.
Tussen de datum van het overlijden van mevrouw X en het tijdstip van de uitbetaling van de pensioenspaarrekening zijn de fondsen waarin de pensioenspaarrekening had belegd flink in waarde gedaald, waardoor de verzoekers heel wat verlies hebben geleden. Zij zijn van oordeel dat de bank de waarde dient uit te betalen die is opgenomen in de aangifte van de successie en dat de bank de nodige maatregelen had moeten nemen om die waarde te behouden, meer bepaald door de fondsen te verkopen waarin de pensioenspaarrekening had belegd.
Wijziging bewaarloon effecten.Lire plusTer aanvulling op het advies van de Ombudsman van 22 oktober 2015, inzake een klacht die onder andere betrekking had op de door de bank toegepaste wijziging van bewaarlonen op de effecten in een effectendossier.
De tariefwijziging werd aangekondigd in oktober 2014. Het nieuwe bewaarloon diende in januari 2015 te worden betaald voor het voorgaande jaar (2014) en zou worden berekend op 1 januari 2015 op basis van de effecten in portefeuille op 31 december 2014.
Volgens de bank mocht het nieuwe bewaarloon reeds begin 2015 worden aangerekend aangezien de cliënten 2 maanden op voorhand verwittigd waren en zij de mogelijkheid hadden om hun effecten te transfereren naar een andere bank. Voor deze effecten zou geen bewaarloon worden aangerekend.
In mijn advies van 22 oktober 2015 meende de Ombudsman dat cliënt terecht in vraag stelde of hier wel sprake kon zijn van een tijdige voorafgaandelijke kennisgeving.
De bank kondigde immers een tariefwijziging aan, voorafgaand aan de inning ervan (begin 2015), maar niet voorafgaand aan de prestatie van de diensten waarop het tarief betrekking had (2014).
Er werd aan cliënt gemeld dat deze praktijk verder zou worden onderzocht, dit echter buiten de concrete afhandeling van het dossier aangezien de bank in het dossier de meerkost betreffende het bewaarloon voor haar rekening heeft genomen en de klacht op dat vlak als opgelost kon worden beschouwd.
In het kader van verder onderzoek, achtte de Ombudsman het aangewezen de praktijk voor te leggen aan het College van experten.
2014
Verkoop van producten betreffende een niet-geregistreerde onderneming door een bankagent - schijnmandaat.Lire plusVerzoeker verkoopt in 2009 zijn beenhouwerij. Hij wenst de opbrengst van deze verkoop te beleggen.
In het plaatselijk bankkantoor krijgt hij van de schoonzoon en medewerker van de gevolmachtigde agent van de bank, uitleg over de producten van “X”, die als “interessante” beleggingen worden beschreven.
In december 2009 tekent verzoeker voor de eerste maal in voor een bedrag van EUR 50.000 op een zogenaamd “besloten fonds voor gemene rekening”, dat eigenaar is van een Amerikaanse overlijdensrisicoverzekering en wordt beheerd door een Nederlandse bv. Het gaat hier om een zogenaamd life settlement contract (viaticale regeling), waardoor verzoeker is toegetreden tot een fonds dat wegens de overdracht door een Amerikaanse verzekerde van een bestaand levensverzekeringscontract, een vordering heeft verworven op een levensverzekeraar.
Gestion discrétionnaire – donation avec rente – commissions prélevées injustement – exécution incorrecte de la convention.Lire plusLe 16 décembre 2013, le requérant reçoit de son père un portefeuille de titres à charge de lui verser une rente calculée annuellement mais payée trimestriellement.
Les modalités liées à l’exécution de cette charge sont reprises dans un document sous seing privé, rédigé par la banque et intitulé « reconnaissance d’une donation avec charge financière ».
Parallèlement, et le même jour, le requérant conclut une convention patrimoniale destinée à exécuter cette charge avec les avoirs reçus et une convention de gestion pour le portefeuille. La banque est rémunérée pour la convention patrimoniale par une commission trimestrielle de 75 € et, pour la convention de gestion discrétionnaire, par une commission annuelle de 0,15% des avoirs en gestion, avec minimum de 100 €.
Il ressort des documents signés que la rente annuelle était de 6.630,00 €, payable par trimestrialités de 1.657,50 €. Cette rente est indexée annuellement. Le requérant évoque un montant de 6.480,00 €, mais le document qu’il produit à cet égard n’est pas signé et semble bien n’être qu’un simple projet.
2013
Verantwoordelijkheid van de principaal tegenover agent m.b.t. aanbieden van beleggingsproducten.Lire plus
Verzoekster was in 2008 klant bij de BVBA X.
De BVBA X trad op als gevolmachtigd agent van de bank in gevolge de agentenovereenkomst van 31 december 2004.
In juni 2008 ontvangt verzoekster ten gevolge van een schenking door haar moeder twee bankcheques (via een notaris) van respectievelijk 500.000 EUR en 203.000 EUR. Beide cheques worden op 24 juni 2008 ter incasso afgegeven aan de agent. Het totale bedrag van 703.000 EUR wordt vervolgens op de bankrekening van verzoekster gecrediteerd.
Verzoekster belegt eind juni 2008 het aldus ontvangen bedrag.
Beleggingsadvies – gestructureerd product – transformatiemechanisme – misleidende informatie.Lire plus
Verzoeker, geboren in 1933, en zijn echtgenote, overleden in 2012, waren sedert jaren klant bij een agentschap van de bank.
Verzoeker is bij de bank houder van een spaarrekening, maar niet van een effectenrekening.
Eerder had verzoeker bij de bank ingetekend op kasbons en een Euro-obligatie in CAD (Canadese dollar), die in december 2004 op vervaldag kwamen.
Een deel van het aldus vrijgekomen kapitaal, nl. EUR 25.000 werd op 30 december 2004 overgeschreven op een OPT+ boekje bij de bank en een ander deel werd belegd in “XXX” - notes voor een nominaal bedrag van EUR 35.000.
Het is deze laatste belegging die het voorwerp uitmaakt van de betwisting.
Deze notes zijn uitgegeven door de NV X en betreffen een belegging op 8 jaar, gebaseerd op een portefeuille van 30 toonaangevende internationale aandelen.
Conseil en placement – produit structuré complexe – mécanismes de transformation – informations trompeuses.Lire plusLa requérante, agricultrice retraitée, est cliente de la banque depuis près de 50 années. Elle ne dispose pas d'un compte titre, n'a pas confié de portefeuille en gestion et son expérience en produits de placement porte, selon la banque, sur des produits d'épargne-pension, des livrets d'épargne et des bons de caisse. La banque ne dispose pas de son profil d'investisseur.
Transfert de titres – mention des coupons attachés – erreur matérielle – absence de preuve.Lire plus
En date du 20 juin 2006, les requérants déposent 210 titres au guichet de la société de bourse X. Les titres sont représentatifs d’un fonds obligataire allemand. Comme tous les titres allemands, la feuille de coupons n’est matériellement pas solidaire du manteau.
La remise des titres est réalisée en vue de les présenter au remboursement, ce que confirme le reçu établi au guichet le même jour par la société de bourse. Ce reçu ne fait toutefois aucune mention de numéro des coupons attachés. Cette information n’apparaît pas davantage sur un avis de dépôt des mêmes titres établi en date du 16 novembre 2006 par la société de bourse X.
Belegging in een vastgoedproject – functie van bankagent – schijnmandaat.Lire plus
Verzoekers zijn klanten van de bank en hebben hun domiciliekantoor bij Zakenkantoor X.
Op briefpapier van dit zakenkantoor, maar zonder dat hierop een verwijzing naar de bank voorkomt, wordt hen op 16 november 2004 een uitnodiging verstuurd voor een vergadering in de gemeente van hun woonplaats op 2 december 2004, waarop de heer P een immobiliënproject in het buitenland zou komen uiteenzetten. Er werd de mogelijkheid geboden om in dat project te investeren. Daartoe zou een Luxemburgse vennootschap, de SA “A”, worden opgericht die ervoor moest zorgen dat na een looptijd van drie jaar een niet-belastbare meerwaarde van ongeveer 30% zou worden uitgekeerd. Op 27 december 2004 hebben verzoekers voor een bedrag van 50.000 euro aandelen onderschreven in deze vennootschap. De betaling gebeurde met een cheque van 24 januari 2005.
Griekse staatsobligaties – beleggingsadvies zonder profiel – weigeren van de opmaak van het beleggersprofiel.Lire plusOp 7 januari 2009 heeft verzoekster een aanvraag tot opening van een privé rekening (type rekening effectendossier) bij de bank ondertekend, waarbij zij volmacht heeft gegeven aan haar echtgenoot om de geopende rekening te beheren.
Begin juni 2009 heeft de echtgenoot van verzoekster aan het kantoor van de bank informatie gevraagd over kasbons en staatsobligaties. Het kantoor bezorgt hem de gevraagde informatie per e-mail en maakt hierin ook melding van de Griekse staatsobligaties met vervaldag 2024 (coupon 4,7%). De echtgenoot van verzoekster vraagt hierop nog meer inlichtingen onder meer over de Griekse obligaties in vergelijking tot andere producten.