Avis du collège
2013
Belegging in een vastgoedproject – functie van bankagent – schijnmandaat.Lire plus
Verzoekers zijn klanten van de bank en hebben hun domiciliekantoor bij Zakenkantoor X.
Op briefpapier van dit zakenkantoor, maar zonder dat hierop een verwijzing naar de bank voorkomt, wordt hen op 16 november 2004 een uitnodiging verstuurd voor een vergadering in de gemeente van hun woonplaats op 2 december 2004, waarop de heer P een immobiliënproject in het buitenland zou komen uiteenzetten. Er werd de mogelijkheid geboden om in dat project te investeren. Daartoe zou een Luxemburgse vennootschap, de SA “A”, worden opgericht die ervoor moest zorgen dat na een looptijd van drie jaar een niet-belastbare meerwaarde van ongeveer 30% zou worden uitgekeerd. Op 27 december 2004 hebben verzoekers voor een bedrag van 50.000 euro aandelen onderschreven in deze vennootschap. De betaling gebeurde met een cheque van 24 januari 2005.
Spaarboekjes van minderjarige in bewaring – teruggaveverplichting met interesten – tienjarige termijn niet van toepassing.Lire plusOp 17 oktober 1994 heeft de moeder van verzoekers, de spaarboekjes van de toen nog minderjarige verzoekers in bewaring gegeven in het kantoor van de rechtsvoorgangster van de bank. Het gaat om het spaarboekje xxx-xxxxxxx-xx op naam van eerste verzoeker met een saldo van 113.970 BEF, en het spaarboekje xxxxxxx/xxxx op naam van tweede verzoeker met een saldo van 88.858 BEF. De moeder is in het bezit van een ontvangstbewijs van deze afgifte.
Griekse staatsobligaties – beleggingsadvies zonder profiel – weigeren van de opmaak van het beleggersprofiel.Lire plusOp 7 januari 2009 heeft verzoekster een aanvraag tot opening van een privé rekening (type rekening effectendossier) bij de bank ondertekend, waarbij zij volmacht heeft gegeven aan haar echtgenoot om de geopende rekening te beheren.
Begin juni 2009 heeft de echtgenoot van verzoekster aan het kantoor van de bank informatie gevraagd over kasbons en staatsobligaties. Het kantoor bezorgt hem de gevraagde informatie per e-mail en maakt hierin ook melding van de Griekse staatsobligaties met vervaldag 2024 (coupon 4,7%). De echtgenoot van verzoekster vraagt hierop nog meer inlichtingen onder meer over de Griekse obligaties in vergelijking tot andere producten.
Consumentenkrediet – ondertekening door alle partijen – standaardcontracten.Lire plus
Op 14 juli 2008 werd met de kredietinstelling een overeenkomst van kredietopening aangegaan waarvan niet wordt betwist dat zij onder het toepassingsgebied van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet valt. Op de linkerzijde van deze overeenkomst staan de financiële gegevens en de identiteitsgegevens van de kredietgever, van verzoeker, aangeduid als “consument 1”, en van mevrouw X, de toenmalige echtgenote van verzoeker, aangeduid als “consument 2”. De rechterzijde omvat de tekst van de eigenlijke overeenkomst, met een verwijzing naar de toepasselijke algemene kredietvoorwaarden, en is enkel door de verzoeker als “consument 1” ondertekend.
Clôture d’un compte – épargne d’un mineur – acte de disposition – accord préalable du juge de paix.Lire plusLe requérant et son épouse ont ouvert en 1999 auprès de la banque un livret d'épargne pour leur fille, née le 3 janvier 1998.
En août 2011, après le divorce, l'ex-épouse du requérant se rend à la banque, clôture le livret au nom de sa fille et se fait remettre les fonds en espèces. En juillet 2012, le requérant apprend par sa fille que les fonds provenant de la clôture du livret auraient servi à payer des vacances.
Dénonciation de l’ouverture de crédit – clôture du compte à vue – règlement collectif de dettes.Lire plusLes requérants étaient chacun titulaire d’un compte à vue auprès de la banque. Ils avaient également chacun conclu un contrat d’ouverture de crédit dont les prélèvements s’effectuaient sur leurs comptes à vue respectifs. Le requérant disposait enfin d’une carte accréditive dont l’utilisation était débitée mensuellement de son compte à vue.
Donation – placement à risque avec rente mensuelle – convention de gestion – politique de placement inadéquate.Lire plusLe requérant, accompagné de sa maman, se rend en mai 2007 auprès d’une agence de la banque : une entrevue y est organisée avec le responsable de l’agence et un private banker de la banque afin d’analyser le cadre d’une donation mobilière pour une valeur de l’ordre de 500.000 EUR que la maman envisage de réaliser au bénéfice du requérant, à charge pour ce dernier d’assurer à la donatrice une rente mensuelle de 1.665 EUR.
Le requérant, ainsi que son épouse, sont déjà clients auprès de cette agence bancaire. En 2006 un profil d’investisseur a pu être déterminé sur base de réponses à un questionnaire; les clients y exprimaient, entre autres, le souhait de bénéficier de la garantie totale de leur capital ainsi que d’un rendement connu au préalable, et y privilégiaient aussi un portefeuille composé exclusivement d’obligations. La banque a conclu que le profil d’investisseur des clients était de type LOW avec un horizon d’investissement de minimum 4 ans. Pour la banque, ce profil correspond à un investisseur qui désire accroître son capital tout en prenant des risques limités. La partie sans risque du portefeuille, constituée de titres à revenu fixe en EUR, est complétée par un investissement limité (de 30 à 45%) en actions. Des fluctuations momentanées à la baisse du portefeuille sont possibles.
Opdracht tot domiciliëring niet gegeven – niet-toegestane betalingstransacties.Lire plusVerzoekers, die thans uit de echt gescheiden zijn, zetten in hun brief van 5 februari 2013 uiteen dat hun zichtrekening bij de bank vanaf 7 januari 2004 het voorwerp uitmaakte van een domiciliëringsopdracht ten gunste van de Sint-Michielsbond van de Christelijke Mutualiteit (hierna : CM). Verzoekers zijn weliswaar lid van de CM, maar voeren aan dat zij nooit opdracht hebben gegeven voor deze domiciliëring en hierover ook geen enkel document hebben ondertekend. Zij wijzen erop dat zij, doordat zij lid zijn van de CM en doordat hun dochter in 2003 is geboren, geen argwaan hadden.
Verzoekers zetten voorts uiteen dat zij op 10 januari 2012 vaststelden dat deze opdracht tot domiciliëring niet door hen werd gegeven, maar door een andere persoon. Zij hebben aan de bank dan ook onmiddellijk opdracht gegeven om deze domiciliëring stop te zetten.
Consumentenkrediet – lopende overeenkomsten – toepassing van de wet van 13 juni 2010.Lire plusEind 2012 heeft verzoeker een aanvraag tot schuldbemiddeling bij het OCMW ingediend. In het kader van deze bemiddelingsopdracht heeft het OCMW bij de bank geïnformeerd naar de openstaande schulden van verzoeker.
De bank heeft gemeld dat nog 1.196,49 EUR (op 9 november 2012) openstond. Dit bedrag betreft een geoorloofde debetstand verbonden aan de zichtrekening van verzoeker. Verzoeker deed geregeld beroep op dit “budgetkrediet” (tot 1.240 EUR) dat hem door de bank sinds 2003 was toegekend.
Het OCMW heeft vervolgens om een kopie verzocht van het contract dat aan de basis ligt van het budgetkrediet.
Encaissement de chèques – opposition – formule d’encaissement convertie.Lire plusDans le cadre d’une relation internet, le requérant se voit remettre deux chèques, l’un de € 10.000 et l’autre de € 18.000, tirés sur des comptes ouverts auprès de banques situées à l’étranger. Il lui est par ailleurs conseillé de procéder à l’encaissement de ces chèques par l’entremise de la banque.
Le requérant se présente en début d’après-midi du jeudi 24 novembre 2011 auprès d’une agence de la banque. Il y sollicite l’ouverture d’un compte à vue et procède dans le même temps à la remise pour encaissement des deux chèques; la banque souligne que l’opération d’encaissement nécessitera un délai de minimum 10 à 15 jours.
Il est convenu que le produit de l’encaissement des chèques ne serait porté au crédit du compte du requérant qu’après leur encaissement effectif. Cette procédure de « Crédit après encaissement » est confirmée en toutes lettres sur les deux bordereaux de remise de chèques étrangers établis par la banque au moment de leur remise par le requérant.